In aanloop naar de ontknoping van de vaderlandse competitie waarbij de kans groot is dat Feyenoord voor het eerst sinds 1999 het landskampioenschap binnenhaalt, zal ik een serie verhalen posten om de gestaag groeiende kampioenskoorts het hoofd te bieden.

Lees hier deel 1, De Baard van Socrates

Dit is deel 2, De Tattoo

 

Toen ik maandagochtend 26 april 1999 met een gruwelijke kater wakker werd was mijn eerste gedachte: zonde. OK, we waren eindelijk weer eens kampioen geworden. OK, ik was keihard door het lint gegaan, maar ik had dé kans gemist. Dé kans op een tattoo.

Tatoeages hebben een groeiende aantrekkingskracht gehad op mij, al vind ik mijzelf (even voor de goede orde) absoluut geen type voor een tattoo. Zie daar het paradoxje dat een volwassen man zomaar van de slaap kan beroven. Het kan niet, het staat me niet en toch wil ik hem. Zoals een raceauto een onverwoestbare aantrekkingskracht heeft op een kind van twaalf.

Die zondagavond de 25e april 1999 zag ik het licht toen een vreemdeling op de Oude Binnenweg uit het niets zijn muil opensperde om mij zijn Feyenoord tatoeage aan de binnenkant van zijn onderlip te tonen.

‘FAI-E-NOOOOORT!’, brulde hij.

De inkt van enkele blokletters van FEYENOORD was uitgelopen. Sommige letters hadden de rechthoekige vormen van hechtingen. Als een kinderhandschrift. Uit zijn mond ontsnapte een onfrisse geur. Hij hield twee biertjes in zijn handen en droeg een petje uit de tijd dat Rinus Israël nog de enkels van een doorgebroken spits afzaagde.

Toen de hevig ontroerde vreemdeling me omhelsde en ik ongewild een vrije blik op zijn tattoo aan de binnenkant van zijn onderlip kreeg, wist ik dat ik ook een tattoo wilde. Wat dan ook. Waar dan ook. Hoe dan ook.

Een tattoo dient uiteraard geen enkel praktisch doel.

Houd ik extra veel van mijn familie, Bruce Springsteen, Bob Dylan, Willem van Hanegem, Joop Zoetemelk, Jean-Paul Sartre, Feyenoord, Rotterdam of Jezus Christus als ik mijn liefde heb laten graveren in mijn huid?

Volgens Nietzsche heeft iedereen precies zoveel ijdelheid als het hem aan verstand ontbreekt, waarmee Friedrich de spijker op de kop slaat (een euvel waar hij wel vaker last van had).

Mijn verlangen naar een tattoo werd de jaren daarna extra gevoed door de kuit (de rechter) van de Franse wielrenner Sylvain Chavanel. Hij zag er extra snel en sterk uit met die tattoo.
Toen mijn vader eens zei dat hij Sylvain op mij vond lijken, was ik niet langer alleen jaloers op zijn wielertalent of op zijn naam (Sylvain Chavanel, een naam die proeft als karamel en klinkt als een gedicht van Rimbaud), maar ook op de tattoo die zijn rechterkuit sierde.

De tattoo’s wil was wet, die van mijn vader niet langer (hij heeft tattoo’s altijd verafschuwd).

De palmares van Chavanel bleek door de jaren echter niet gewichtig genoeg om Anita te overtuigen van de noodzaak van een tattoo. Had hij de Tour maar gewonnen, dan had ik er al lang eentje gehad.

Een tattoo is uiteindelijk alles bij elkaar genomen een zinloze ijdeltuiterij, maar waar staat geschreven dat alles in het leven zin moet hebben?

Vandaag is het woensdag 29 maart 2017 en over enkele weken kan Fai-e-noort zomaar kampioen worden. (Die kans is overigens minstens even groot als het missen van de titel. In dat geval sluit ik niet uit dat ik mezelf van het Hilton Rotterdam zal storten. Wat tattooliefhebbert Herman kon, kan ik ook: ten koste van alles de geschiedenisboeken induiken).

 

 

Na iedere winstpartij van Feyenoord stuurt mijn moeder mij steevast een appje: gefeliciteerd maar weet je het echt zeker van die tattoo?

Met mijn vader verfoeit zij tatoeages maar zij kent me als geen ander en weet dat ieder mens, dus ook haar zoon, het grondrecht heeft om eeuwig spijt te hebben van één daad, hoe onbezonnen die ook moge zijn.

Als de knoop eenmaal is doorgehakt, zijn twee zaken cruciaal: wát en wáár laat je (je) tatoeëren. Het een heeft met het ander te maken.

Aangezien de aanleiding voor een tattoo het naderende kampioenschap van Feyenoord is, is de verleiding natuurlijk groot om te opteren voor een Feyenoord-gerelateerde tattoo. Ik ben stekeblind verliefd op Feyenoord, laat dat duidelijk zijn, maar met een voetbaltattoo kom ik het huis niet meer in. Dat heeft Anita duidelijk gemaakt. (Een tattoo met een hartje en de namen van mijn gezinsleden is overigens hetzelfde lot beschoren).

Het logo van Feyenoord krijg ik er dus moeilijk doorheen, evenmin de kop van Dirk Kuijt, noch een plaatje van De Kuip, ons stadslogo of een combinatie van dat al. Al is mijn vrouw mordicus tegen, mijn dochters vinden het juist een belachelijk idee dat ik een niet-Feyenoord gerelateerde tattoo zou plaatsen mocht Feyenoord kampioen worden. Ik houd de Feyenoord-optie dus nog altijd open en neem daarmee een huwelijkscrisis op de koop toe.

Een Spookrijderslogo (het stopbord) zou volledig in lijn liggen met mijn karakter en de clubkleuren van Feyenoord. Ik was al eens akelig dichtbij deze stap toen ik me enigszins beschonken voor de deur van Tattoo Bob op Katendrecht bevond aan de zijde van Alex Roeka die net een belachelijk sterk optreden had gegeven in het onvolprezen Theater Walhalla. Helaas kreeg ik Alex nét niet zover, ook al deed ik nog zo’n beroep op zijn leven als bohémien. Was, beste Alex, de tattoo niet het ultieme offer van het lichaam aan de Rock & Roll?

Een kruisbeeld dan wellicht? In kitscherige barokstijl, uiteraard. Met de tekst Seul Dieu Peut Me Juger (“Alleen God Mag Over Mij Oordelen”). Uiteraard zal dit een knipoog zijn naar de Only God Can Judge Me tattoo die de rug van Filippo ‘Pippo’ Pozzato kamerbreed beslaat. Nu heb ik weinig met Italiaanse wielrenners (Marco Pantani uitgezonderd), maar de rug van Pippo heb ik altijd zo fascinerend gevonden dat het me regelmatig deed twijfelen over mijn eigen geaardheid.

Een serieus nadeel van een beeltenis van het Christelijk kruis zou zich overigens kunnen voordoen bij het bezoeken van Islamitische landen (laat staan bij een onverhoopte ziekenhuisopname aldaar). Ik heb al de gewoonte om het kruisje van mijn ketting te halen als ik Saudi-Arabië bezoek. Met een kruisbeeld op mijn rechterkuit riskeer ik een directe amputatie, ook als ik me met een onschuldig kuchje meld bij de ziekenhuisbalie in Jeddah.

Zeer serieus te overwegen is een citaat van onze huisheld Bruce Springsteen. Ook al is Bruce zelf niet tattoo dragend, een tekstpassage van The Boss zou niet misstaan omdat geen enkele andere artiest zoveel invloed heeft gehad op het welzijn van ons gezin als die grote kleine man uit New Jersey.
Het moet een tekst zijn die mij kracht en inspiratie (hebben ge-)geven op moeilijke momenten, zoals een verliespartij van Feyenoord, het beklimmen van een venijnige helling op de racefiets, het mislukken van een zakelijke transactie of het moeten aanhoren dat schaamhaarloze spelertjes uit onze hoofdstad schaamteloos bewierookt worden door mediageile gladjanussen die de Hilversumse televisiestudio’s bevuilen.

Stay Hard Stay Hungry Stay Alive uit ‘This Hard Land’ van Bruce komt in aanmerking om de finish van de houten jas te halen. Maar welk lettertype gebruik je? Het handschrift van Bruce zelf? Of een ontwerp van mijn Katwijkse vriend Simon de Jong?

Een volgende punt van zorg is, zoals gezegd, de plek van de tattoo. Op de schouder? De tiet? Bovenarm? Kuit? Zijkant van de kuit? Links? Rechts? Ik mag herhalen: de tattoo zelf kan niet los van de locatie worden gezien.

Het komt hierop neer:

Ik heb de hulp van mijn lezers nodig: naar welke tattoo gaat jullie voorkeur uit en wáár moet de tattoo geplaatst worden (vanzelfsprekend uitsluitend als Feyenoord kampioen wordt, het plaatsen van tattoo’s hiervóór is de Goden verzoeken, overigens wel onze specialiteit, zoals een akelige 1-0 quasi professioneel uitspelen).

Dit is mijn eigen shortlist, maar ik sta volkomen open voor eigen initiatieven:

A. De letters FEYENOORD
B. Een Feyenoordlogo met kampioensjaar
C. De Kuip met kampioensjaar
D. Hoofd Dirk Kuijt met kampioensjaar
E. Een combinatie van A, B, C en/of D
F. Kruisbeeld met tekstSeul Dieu Peut Me Juger
G. Jezus aan het Kruisbeeld
H. Jezus aan het Kruisbeeld met tekst Seul Dieu Peut Me Juger
I. Citaat Bruce Springsteen
J. Stopbord
K. Eigen keuze, namelijk………..

De plaats op mijn lichaam wordt:

  1. Binnenkant onderlip
  2. Bovenarm links
  3. Bovenarm rechts
  4. Onderarm links (binnen)
  5. Onderarm rechts (binnen)
  6. Onderarm links (buiten)
  7. Onderarm rechts (buiten)
  8. Tiet links
  9. Tiet rechts
  10. Linkerbil
  11. Rechterbil
  12. Linkerschouder
  13. Rechterschouder
  14. Linkerkuit (achter)
  15. Linkerkuit (zij)
  16. Rechterkuit (achter)
  17. Rechterkuit (zij)
  18. Anders, namelijk………..

 

Bedoeling is dus dat combinaties worden gemaakt, een leuk familiespel om de spannende weken door te komen.

Mijn huidige voorkeur is momenteel I4 en H5.

Jazeker Spookrijders, dit jaar is hét moment: mijn baard in wording zal hand-in-hand gaan met een tattoo: als een levenslange ode aan de zinloosheid van het bestaan.

 

Laat me dus niet in de steek en versier mijn lichaam als Feyenoord kampioen wordt!

(Omdat ik mijn huwelijk respecteer en niet in referenda geloof, geldt het democratische principe van “meeste stemmen gelden” hier niet. Anita zal uiteindelijk beslissen!)

 

I4:

 

H5:

 

 

 

(Maar misschien wordt het op verzoek van mijn wederhelft een aanzienlijk minder ambitieus en volledig aan het zicht onttrokken Spookrijdersbordje op de bil)

 

Lees hier deel 3, Dat Shirt

 

 

-