De liefde voor dit prachtige land is er met de paplepel ingegoten. Zeg maar met de cuillière de bouillie. Ieder bezoek aan Frankrijk voelt als een sort of homecoming. Op zoek naar een lied dat dit gevoel muzikaal vertolkt komt ik als niet-U2 fan (ik heb iets tegen Bono, die ogen, hoe vaak hij ook een Indiaan met een sjoelschijf in zijn onderlip het podium optrekt om de wereld te redden, op de een of andere manier geloof ik hem niet) niet uit bij hun A Sort of Homecoming al geef ik toe dat juist dat nummer aardig te verteren is op een dronken reis maar mijn puberaal verleden. Maar op zulke reizen kan ik ook Bon Jovi billijken hetgeen alleszeggend is.

Goed. De zoektocht diende zich als vanzelf aan. De afspeellijst van de iPod “Franse Favorieten + Nostalgie” weet wel raad met dit soort reisjes naar Frankrijk. Allemaal inkoppertjes die je al duizend keer heb gehoord maar die het gewoon blijven doen. I’m Sorry van Brenda Lee. Green Green Grass of Home van Tom Jones. My Way van Elvis. Isabelle van Les Poppys. Poupée qui fait Non van Michel Polnareff. Rio Grande van Eddy Mitchell. En Je Reviens Chez Nous. Van Jean-Pierre Ferland.

2015-06-01 04.18.12

Maandag 1 juni 2015. We doorkruisen de Picardie, het groengekleurde heuvelachtige gebied grofweg tussen de Frans-Belgische grens en Parijs. In deze streek is onze paplepel, onze cuillière de bouillie, geboren. Mijn lieve moeder. De vrouw die alle problemen oploste met haar zachte ogen. Haal die ‘e’ maar weg. Oplost. Nog steeds oplost. Ik zeg geef die Ban-Ki Moon een schop onder zijn Koreaanse reet en maak mijn moeder secretaris-generaal van de VN. Ik geef haar en de wereld één jaar. problemen opgelost. You don’t know me van Ray Charles.

We zwijgen voornamelijk in de auto. Dat ben ik van Anita gewend. De vaste lezers weten inmiddels: als wij op reis gaan zij slaapt al voor dat we de grens bij Hazeldonk zijn gepasseerd. Bij Hendrik-Ido-Ambacht begint zij al te knikkebollen, voorbij de Moerdijkbrug begint ze al weg te zakken, na de afslag Breda-Rijsbergen is het gedaan met de koopvrouw. Un Canto a Galicia van Julio Iglesias.

Mijn ouders houden zich op de achterbank wakker. De laatste familienieuwtjes. Tante Pie had gebeld. En Tante Trudi. Op dat moment stuurt Tante Ineke een appje. En er wordt volop gereageerd op Facebook. Dry Your Eyes van Neil Diamond.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

 

We halen herinneringen op. Anita is wakker en heeft zich half omgedraaid. Campings van vroeger. Plaatsjes. Rivieren. Meren. Gerechten. Personen. Die ene camping-eigenaar. Die met dat ene hoedje. En hier ma nog naar de kapper geweest. Zag er niet uit toen ze de kapsalon verliet…en dúúr!

Het geheugen van mijn moeder functioneert nog griezelig goed. In september wordt ze vierenzeventig. Ze volgt altijd een paar maanden na Bob Dylan. Ze praat over Christian, ooit lid van Les Compagnons de Chansons. Hij kreeg contact met mijn ouders omdat ze altijd zo vriendelijk gedag zeiden op weg naar het toiletgebouw op de camping. Christian had op een avond zelfs voor mijn ouders gekookt . Dat zou-ie voor Ban-Ki Moon nooit hebben gedaan. Het was op de camping in Bertangle, vlak bij Blangy-Tronville, het gehucht waar onze cuillière de bouillie heeft gewoond. Hier Encore van Charles Aznavour.

“Bekende route hè pa?”, roep ik in mijn achteruitkijkspiegel.

“Ja nou.”

Ik heb expres de route gekozen die wij vroeger altijd (ik herhaal: altijd) reden. Antwerpen. Gent. Kortrijk. Lille. Reims. Troyes. Langres. Dijon. Lyon. Mijn vader bepaalde de route en was niet de man van grote veranderingen. Hij heeft een carrière van tweeënveertig jaar bij een verzekeringsmaatschappij achter de rug. Zekerheid voor alles. Ook voor plezier. Mon Dieu. Edith Piaf.

’s Middags verlaten we de autoroute. De omgeving wordt ruwer en robuuster. Er is een weg afgesloten in de buurt van Bourg-d’Oisans maar dit hebben wij verzwegen voor mijn vader die de gewoonte heeft de hele route met de kaart op schoot te volgen. In de kast op de gang staan nog drie TomTom’s in de originele verpakking. Pour Moi La Vie Va Commencer, Johnny Hallyday.

“Die zijn zo goed, die ANWB-kaarten”, zegt die heerlijke eigenwijs altijd vlak voor vertrek – als we in familieverband naar Frankrijk trekken is hij gewoon naar de ANWB-winkel te gaan om kaarten te halen voor de chauffeurs. Voici les clés, Gerard Lenorman.

2015-06-01 14.38.03
Een uurtje later passeren we de camping van twee jaar geleden. In deze bocht wachtte Marcel ons op. Met zijn prachtige zoontje Liam. Opa en Oma Bos zaten op de tweede rij in de auto. Op de derde rij zaten mijn moeder en Anita. Naast mij zat pa. Als co-pilote. Met een ANWB-kaart. I can’t stop loving you. Weer Ray Charles.

De herinneringen aan twee jaar geleden. Alpe-010. Het lijkt een eeuwigheid geleden. Het lijkt wel gisteren. Hier, op deze rotonde, daar ietsjes verder, daar had Anita met mijn ouders en Opa en Oma Bos het basiskamp opgeslagen. Met die groen-wit-groene Alpe-010 vlag. De zon scheen. We aten pannenkoeken nadat we uitgehuild waren. Lex leefde nog. Nothing Rhymes. Gilbert O’Sullivan.

We volgen de slingerweg naar Auris. Een dik half uur later zijn we er. Hemelsbreed een paar kilometer van de Alpe-d’Huez maar voor de breedte van het paradijs koop je in de Alpen maar bitter weinig. Daar. Daar ligt Auberge de la Forêt. Aux Marches de Palais. Marc Robine.

Bezit u een auto die breder is dan een Renault Espace? Doet u geen moeite de ‘Communauté de Communes’ Les Cours de Auris d’Oisans te bereiken. Zelfs met dichtgeklapte buitenspiegels is er geen doorkomen aan. Het is te smal. Via enkele omwegen weet ik, op aangeven van eigenaresse Laurence, uiteindelijk het hotel te bereiken. De weg terug wordt aanzienlijk moeilijker omdat ik als Spookrijder uiteraard precies nu een tegenligger tegenkom. Eventjes terug, in zijn achteruit, door het zelfde nauwe straatje. Vriendelijk glimlachen en je vooral niet concentreren op die monotone hoge piep die je hoort als je achteruit rijdt. Dat komt ervan als je te lui bent om je gloednieuwe Tule fietsendrager eventjes van de trekhaak te halen. Zo. Gepiept. We zijn er. For Strong Winds, Trini Lopez.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

 

De kamers bieden een spectaculair uitzicht op Lex Deux Alpes. Niet letten op die vierenzeventig bromvliegen die zich massaal op jouw zonnebril proberen te storten. We horen koeienbellen dus de aanwezigheid van de bromvliegen is verklaard. De kamers zijn eenvoudig maar proper. We besluiten een wandeling te gaan maken. Beentjes strekken. Comme un Arbre de la Ville. Maxime LeForrestier.

 

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

We schieten foto’s als mallen. Ieder moment moet worden vastgelegd. Voor nu, voor de thuisblijvers, voor later. Vooral de verroeste houtje-touwtje manier van leven spreekt me enorm aan in Frankrijk. En de ruwheid van de natuur. Steeds vaker betrap ik me erop het landschap te beleven door de ogen van mijn vader. Mijn fotograferende vader wel te verstaan. Het is ontroerend mooi om te zien hoe hij zich op vijfenzeventigjarige leeftijd nog altijd weet te betoveren door Frankrijk. Heureux celui qui meurt d’aimer. Jean Ferrat.

2015-06-01 17.43.35

 

In de hotelkamer bereikt me via Facebook een paniekerig berichtje van mijn nieuwe vriend Raymond, een mede Alpe-d’HuZesser, die zojuist voor het eerst, als training, de Alpe-d’Huez heeft beklommen. Het viel hem zwaar tegen. Hij is zich de pleuris geschrokken. Ook ik ben weer terug op aarde. De romantiek mocht niet te lang duren. Er moet hier nog gepresteerd worden. Ik voel wat ballen in de buik draaien. Always on My Mind. Willie Nelson.

2015-06-01 16.57.14

 

Aan het eind van de dag genieten we nog van een heerlijke maaltijd in de Auberge. We hebben al leuk contact gelegd met de eigenaars Laurence en haar echtgenoot Jean-Louis (volgens mij, de naam houdt u nog tegoed). Het Menu du Jour bestond uit een erwtensoep met lardons en croûtons. Vervolgens een heerlijke volaille met een fijne pasta (er moet gefietst worden morgen) en als nagerecht iets met aardbeien, siroop, een vleugje champagne en vanille uit Tahiti want daar hebben Laurence en Jean-Louis twintig jaar gewoond en gewerkt. Geleerde les: uit Tahiti komt de beste vanille ter wereld. Ieder zo z’n cuillière de bouillie zullen we maar zeggen. Les Amis, Georges Moustaki.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

 

’s Avonds in bed ga ik nog snel alle laatste WhatsApp- en Facebookberichtjes af. Het is hartverwarmend hoe ‘Nederland’ meeleeft. Ik ben gelukkig te vermoeid om enige spanning te voelen. Dit moeten alle Spookrijdende vrienden hebben bedoeld die me steeds weer adviseren vooral te genieten want met de smaak van de heerlijke Chateau Auris 2011 val ik in een hele diepe slaap…. Je Reviens Chez Nous. Jean-Pierre Ferland.

 

 

 

 

-