“When the world seems to shine
like you’ve had too much wine
That’s amore”

That’s Amore – Dean Martin

 

Voor de Vuijkjes

 

***

 

“Ik denk jij bent echt zo’n feestbeest….niet van de dansvloer weg te slaan.”

Voor me staat een teleurgesteld kijkende Debbie Vuijk met een schaal bitterballen. Ik dank beleefd en hoor haar denken…. ‘Jezus wat een dooie lul.’

 

***

 

Zier Leendert Vuijk, de pater familias en hoofdrolspeler van deze familiekroniek, wordt geboren op 17 september 1920 te Rotterdam-Kralingen. Het gezin Vuijk, buiten Zier bestaande uit nog zes kinderen (vier broers en twee zussen), moet roeien met de bescheiden riemen die het heeft, net als zovele andere gezinnen in de jaren twintig en dertig. Het leven was hard maar overzichtelijk vanwege het gebrek aan keuzes.

1932 Opa Vuijk 3 jaar oud

Het gezin Vuijk (1923). De drie jarige Zier is de kleine man vooraan

Tijdens de oorlog werkt Zier in een bakkerij in het Noord-Franse Lille. In 1945 keert hij terug naar zijn verwoeste en zwaar ontwrichte geboortestad. Maar Rotterdammer pur sang Zier Vuijk is strijdvol. Hij had voor de oorlog de ambachtsschool gevolgd en vindt kort na de oorlog snel emplooi in de haven. Hij komt in de huidenhandel terecht toen hij, op Katendrecht, in dienst trad bij de gerenommeerde firma Kaufmann, en later bij Transmarinde, ook een begrip in de leerhandel toendertijd.

“Hij stonk vreselijk als hij thuis kwam.”

Joke Vuijk lijkt in eerste instantie een beetje te schrikken van haar eigen woorden over haar riekende vader, maar de goede verstaander hoort vooral trots in haar stem, en een goede verstaander mag ik mezelf gerust noemen.

Joke werd in april dit jaar zestig. Op een groot familiefeest dat ter ere van haar werd gehouden waren Anita en ik ook uitgenodigd. Nu zijn Anita en ik beiden familiemensen, maar zo’n hechte familie als ‘de Vuijkjes’, zoals zij zichzelf graag noemen, is zelfs voor ons een noviteit. Drijvende kracht en spil van de familie is Joke Vuijk. Bij Joke is het welhaast onmogelijk om te bepalen wat mooier is: haar karakter of haar uiterlijk. Zo’n schepping van God toen Hij een uitzonderlijk goede dag had.

IMG_4373

 

Op 21 oktober 1953 vindt het huwelijk tussen Zier Leendert Vuijk en Geertruida Margaretha van der Sluis, geboren op 28 maart 1928 te Schiedam, plaats. Zier had ‘Trui’ (geboren Geertruida, roepnaam Truus, maar voor Zier dus ‘Trui’) enkele jaren daarvoor ontmoet. Een huwelijk tussen mensen met rotsvaste namens als Zier en Truus is gedoemd te slagen.

In een zijstraat van de Binnenweg, in hartje Rotterdam, zag Joke Vuijk op 13 april 1955 het levenslicht in de Rijkskweekschool voor Vroedvrouwen aan de Henegouwerlaan. Duizenden kinderen, waaronder mijn Anita, over volmaakte creaties van de Schepper gesproken, kwamen in deze kraamkliniek ter wereld. Een wat vreemd klinkende naam, een Rijkskweekschool. Technisch gezien vond het kweken toch echt elders plaats. Althans zo mogen wij hopen.

Kegge_Dekker_-__St._Mariastraat__Rotterdam_1954Joke was het vierde kind van het gezin Vuijk. De drie zussen Cobine (1950), Helen (1951) en Corrie (1953) gingen haar voor. Hierna volgden nog zeven kinderen. Een korte rekensom leert ons dus dat het gezin Vuijk met dertien (Zier, Truus en hun elf kinderen) in hun driekamerwoning in de Sint Mariastraat woonden. Daar haalt een beetje asielzoeker tegenwoordig zijn neus voor op.

 

Josephstraat 1969 2 GA“Pa werkte altijd. Op vrijdag, als de mannen net hun loon hadden gekregen, ging hij graag een biertje drinken. In Café Mias in de Josephstraat. Ken je dat?”

“Nee sorry nooit van gehoord”, antwoord ik tamelijk onnozel.

 

“Nee Joke bedoelt of je dat fenomeen kent. Van vaders die graag wat gingen drinken op vrijdag.”

Anita denkt vanzelfsprekend meteen aan haar vader Huub, die impliciet de aanleiding vormde voor dit gesprek. Ik schreef een half jaar geleden een Blog over Huub (zie Huub, God hebbe zijn ziel en zijn Bourgondische buik) en de overeenkomsten tussen Huub en Zier bleken verbluffend groot. ‘Alsof je over mijn vader schreef’, zou een ontroerde Joke me appen.

“Zo ging dat die tijd”, mijmert Anita die nauwelijks merkt dat haar ogen in een wel heel vroeg stadium vochtig worden.

“Ja mijn vader hield wel van een biertje”, vult Joke Anita aan. ‘Mijn vader’ had zo maar ‘onze vaders’ kunnen zijn, uit de mond van of Joke of Anita. Maakt niet uit, want Zier en Huub zijn postuum vrienden voor het leven geworden. Zo wijkt het gesprek ineens uit of Zier ook zo van biljarten hield en dat Huub een driebandenkunstenaar was.

“Dames…even…”

IMG_7508

“Dames…even…”

Dit is de stem van Robin, de echtgenoot van Joke. Robin heeft alles mee: een belachelijk goede muzieksmaak (namelijk de mijne en ik de zijne) en hij is Feyenoordfan. Fabienne en Jeremy hebben nog geen twee jaar verkering maar we hebben het gevoel dat wij deze mensen al jaren kennen. Net als Huub en Zier.

“Tante Cor paste op ons als pa een biert…”

“Dames dames, zullen wij er even bij blijven…”

In opperste concentratie, hij zit bij wijze van spreken al in het Blog om het volledige verhaal te kunnen vertellen, wil hij graag bij de hoofdlijn blijven. Met alle respect voor Tante Cor.

Dit is nieuw voor mij. Ik ken hem namelijk als de rust en vriendelijkheid zelve. Op het zestigjarige feest van Joke zong hij Brown Eyed Girl voor zijn vrouw, gevolgd door een close harmony versie van Let It Be Me waarbij drie zussen Robin begeleidde met backing vocals. Joke zat enigszins ongemakkelijk in een stoel pal tegenover haar musicerende man en zingende schoonzussen. I Bless the Day I Found You, zong Robin. Zij straalde en verlichtte daarmee de gezichten van haar zussen die achter haar stonden. Zulke families dus.

IMG_7441

“I Bless The Day I Found You…”

In de dikke tien jaar die volgden breidde het gezin zich uit met Jeannette (1957), Zier Junior (1958), Albert (1959), Jan (1961), Marga (1962), Paul (1963), Robert (1965, de vader van Jeremy) en Debbie (1967). Met Zier en Trui meegerekend bestond het gezin Vuijk dus uit veertien – een levenswerk als kunstwerk.

“Voor de jongens was hij misschien strenger dan voor ons meisjes. Mijn broers zijn laat-ik-maar-zeggen echte mannen-mannen. Stoer. Traditioneel. Misschien wel ouderwets.”

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

Bingo. Ik wist dat onze raakvlakken ergens vandaan moesten komen. Ik ben persoonlijk nou niet bepaald stoer, nooit geweest ook (als kind bang voor water, bang voor koud water vooral), altijd een beetje het mietje van het gezin dat fysieke voetbalduels schuwde maar een gegeven voetbalsituatie bij voorkeur voetballend oploste. Ook heb ik altijd een hekel gehad aan ballonnen (dat klotespelletje van vroeger waarbij je een ballon om je enkel gebonden kreeg en het de bedoeling was om zo snel en liefst zo hard mogelijk op iemand anders ballon te gaan staan – ik sluit niet uit dat dit trauma aan de wieg heeft gestaan van mijn aversie tegen dansen), vieze nagels en vochtige handdoeken op de camping.
Maar traditioneel ben ik wel. Gewoon dat idee van kindjes krijgen, vrouwtje thuis, koppie thee als kindjes thuis komen van school, en vooral eigen pleisters en niet die goedkope kutpleisters van de oppasjuf. Traditioneel zei u? Zeg maar gerust een ouderwetse eikel uit de prehistorie. Bij Huub en Zier hoefde je ook niet aan te komen met duobanen of personal coaching voor flexwerkers. Ja m’n reet. In de tijd van de verzuiling heerste nog overzicht. Links was nog links en rechts rechts. De D66 had toen nog een vinnetje op zijn rug. Was dat maar zo gebleven.

IMG_7505

“Pa was anti-paaps. Een echte socialist. Hij geloofde absoluut niet in een God maar hij geloofde oprecht in een eerlijkere verdeling van welvaart. Hij was daar haast communistisch in. Papa zouden ze nu, denk ik, naïef vinden. Hij was ook enorm anti-Duits, zoals vrijwel iedereen die dagen.”

Hier houden de parallellen op. Ik bedoel wij Hendriksen, of laat ik zeggen vooral mijn Opa Hendriks was ook anti-Duits, uiteraard, maar ook zo paaps dat er gezwegen moest worden als de Paus zijn Urbi et Orbi uitsprak. Mijn pa nam van hem over dat bij ons thuis van kanaal moest worden gewisseld als Sonja Barend, of überhaupt iets van de VARA, op de televisie was. En de PvdA moest de PvdnA worden genoemd: de Partie van de Niet-Arbeid, gevolgd door een urenlange monoloog over werkelozen die allemaal, niemand uitgezonderd, te lui waren om uit hun ogen te kijken. Achteraf bezien werkte links en rechts aan één en hetzelfde doel: Feyenoord kampioen en Rotterdam heropbouwen. In die volgorde.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

Het gezin Vuijk leidde een karig bestaan. Zier was gek op Feyenoord maar ging nooit naar De Kuip. Daar was geen geld voor. Bovendien was het een echte gezinsman die niet graag de deur uit ging. Vakanties in het buitenland waren er niet bij. Uitstapjes maken wel. In de allerbeste zondagskleren toog het gezin naar Madurodam of maakten ze een rondvaart door de haven met de Spido. Dat was spannend.

“Pa ging ook graag vissen. Dan gingen we met z’n allen mee. Naar de Kralingse Plas. Met klapstoeltjes. Pa en ma vissen en wij spelen.“

Joke laat af en toe een naam van een broer of een zus vallen. Maar het gezin is zo groot dat ik moeite heb om de juiste naam aan het juiste hoofd te plakken. Anita kan dat beter. Op het verjaardagsfeest van Joke ook. Door overmatig vriendelijk te lachen hoopte ik als een slalom skiër lastige naamhindernissen te kunnen omzeilen. Ik let op andere dingen. Haardracht. Schoenen. Monturen. Leuke liefhebberij als amateur-schrijver, vooral op een internationaal vliegveld om de tijd te doden, maar volkomen waardeloos als je verzeild raakt in een persoonlijk gesprek met iemand wiens naam je maar niet voor de geest wil komen.

1968_Opa Vuijk_Oma_helen_Co_Hilde

1968 – Opa Vuijk, Oma, Helen, Co, Hilde

“In 1966 verhuisden we naar Overschie. We hadden echt een groter huis nodig. Met een tuin. Maar Overschie….ken je Overschie?”

Ikke niet. Ik ben van Zuid. Ik wil gaan beginnen over Elly van Zuid (zie Elly van Zuid) maar Robin grijpt in. Hij is een fervent lezer van mijn Blogs dus hij weet wat er gaat komen:

“Overschie had een slechte naam toen. Er waren constant ruzies en spanningen tussen families. Ze sprongen zelfs de tuintjes in om door te knokken. Echt hoor.”

“Ja!”, onderbreekt Joke hem plotseling, “ik weet nog dat Pa bij zo’n vechtpartij ineens naar buiten rende en naar een van die knapen schreeuwde: ‘Ik steek een mes in je rug, dan ken je d’r van achteren je hoed aan hangen!’…ja je moest niet aan zijn gezin komen…”

Ze slikt. Soms staart ze voor zich uit. Alsof de film nog een keer levensecht voor haar ogen wordt afgedraaid en ze niet gestoord wil worden. Dat heb ik als Feyenoord in de laatste minuut tegen Ajax een levensgrote kans mist en ik zelfs de herhaling niet geloof.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

 

“In 1973 verhuisden we naar Schiebroek. Het gezin was al uiteen aan het fladderen. Wat wil je? Het leeftijdsverschil tussen de oudste en de jongste is zeventien jaar. Debbie was zeven toen we naar Schiebroek togen, maar Cobine al drieëntwintig.
Zo verhuisde Helen bijvoorbeeld naar Spanje – ze was verliefd geworden op Paco, een knappe Spanjaard uit Mallorca. Daar had Pa het best wel moeilijk mee. Niet vanwege Paco, prima vent, maar vanwege Franco, de dictator die destijds over Spanje regeerde.”

En jaar later wordt Zier afgekeurd. Een financiële aderlating uiteraard maar in die tijd was het heel normaal dat werkende kinderen kostgeld betaalden aan hun ouders. Zo vond Joke een baan bij Lippman Assurantiën waar zij Robin leerde kennen.

1979_Opa Vuijk_Robin_Joke“Ik weet nog goed dat ik mijn schoonvader voor het eerst zag. Bij hun thuis dus. Had ik zonder het te weten zijn biertje opgedronken. Wist ik veel. Daar kwam-ie later nog vaak op terug hahaha.”

 

 

“Op 2 september 1981 zijn we getrouwd, en op 30 maart 1982 is onze dochter Daisy geboren. Aan de Johan de Meesterstraat.”

 [Klik op de foto’s voor een vergroting]

 

De trots glanst in haar ogen. Precies zo keek Joke toen Jeremy op het feest, na een voor mijn gevoel iets te korte speech, een uitvergrote foto overhandigde van Jeremy en zijn broers met de nichtjes Noa en Daisy. Deze vijf kinderen en alle overige neven en nichten maakten van Zier Vuijk voorgoed Opa Vuijk.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

“Robin en ik moesten alle twee werken. Dus pasten Opa en Oma Vuijk op Daisy. Heen en terug naar school. Boterhammetje in de pauze.”

“En spelletjes doen…dat weet ik nog…en woordgrapjes….”

De thans drieëndertig jarige Daisy komt voor het eerst deze avond aan het woord maar het zal van korte duur zijn. Ze slikt en lijkt naar dezelfde film als van haar moeder te staren. Zo zien kleindochters eruit die hun opa missen en Feyenoordfans die hun club van Ajax zien verliezen.

“Ja woordgrapjes!”, schatert Joke ineens, “weet je nog Ro? Zo noemde hij Tante Riet steevast Rante Tiet… zo Rotterdams…zo droog…

Mijn ouders beleefden ook plezier met elkaar en dat vind ik knap. Ze gingen regelmatig naar Spanje. Naar Helen. Met de bus. Vooral ma was echt een levensgenieter hoor.”

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

Verjaardagen, oudejaarsavond, kerstmis. Het werd allemaal uitbundig en groots gevierd. Lange tafels. Ouderwetse gezelligheid die toen nog echt bestond. Niet die geforceerde teringtroep van de TROS van vandaag de dag. De Grootste Familie van Nederland! Lik toch m’n reet. Ik wil er geen deel van uitmaken. Ik wil terug naar de jaren zeventig en tachtig, doen de TROS nog oprecht kneuterig was. De helden van die tijd waren Frank Kramer, Wim Bosboom, Dick Passchier en Fred Oster. De TV-programma’s werden aan elkaar geluld door burgertrutjes als Tineke Verburg, Ellen Brusse of Mireille Bekooy. Als tiener fantaseerde je je eigen een breuk op een naakte Leonie Sazias, tot het moment dat zij niet (zij het denkbeeldig) jouw piemel maar het woord “significant” in een TV-reclame voor waspoeder in haar mond nam. Daarmee ging alle sexappeal, en uiteindelijk de hele onschuld van de jaren zeventig, verloren.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

“Mijn vader maakte het vlees. Wild. Rollade. En oliebollen. Ja nou. En hij was gek op dansen. Met ma. Ma was echt de sturende partij hoor van de twee. Ik zie ze nog zo voor me. Heerlijk walsen op That’s Amore van Dean Martin. Dan leidde pa natuurlijk wel de dans hahaha…”

IMG_7340En dansen doen de Vuijkjes nog steeds. Ik zit achter in de kantine en kijk naar de belachelijk soepele moves van Jeremy en Wesley op de dansvloer. Ik geniet van de smakeloosheid van mijn zoveelste Spa Rood die kantinebaas Dries voor me heeft ingeschonken. De sfeer is uitgelaten. De muziek uitstekend. Ik kijk naar een familie die klopt. Die past. Er is zelfs een oom-op-leeftijd aanwezig die foto’s en film maakt. Iedere familie heeft recht op zo’n oom. Bij ons is dat mijn vader, al is zijn timing vaak, eerlijk is eerlijk, beroerd. Hij heeft niets met spontaniteit op foto’s en zet zijn slachtoffers net zo lang voor zijn camera totdat hij vindt dat hèt moment daar is. Ondertussen doet je smoel zeer van het kunstmatig glimlachen, maar dat is volgens mijn vader toch echt jouw probleem. In ieder geval niet het zijne.

IMG_7408

Een familie zonder enige vorm van sarcasme. Zoals vorige week nog, toen Jeremy, Fabienne, Wesley en Daisy de tien kilometer liepen bij de dag van de Rotterdam Marathon. We (zijnde Anita, Estelle, mijn ouders en ik), stonden op de Coolsingel de lopers aan te moedigen met een groot deel van de Vuijkjes. Toen Jeremy als eerste loper van de vier langsliep hielden de tantes het niet droog. “Jerry! Jèèèèr!”. Zo aandoenlijk schreeuwden ze hem ook toe toen hij vorig jaar basketbalkampioen werd. Maar Jeremy liep in een groep lopers aan de andere kant van de Coolsingel voorbij zonder ons te hebben kunnen zien. ‘Nou da’s ook de laatste keer geweest, die lul kijkt niet eens’, grapte ik nog. Als de blik van Marga Vuijk had kunnen doden had ik nu in een urn in de boekenkast gestaan (graag dáár, naast het beeldje van De Denker).

IMG_4839

“Jerry! Jer!…nou da’s ook de laatste keer geweest, die lul kijkt niet eens…”

“Die filmer is Ome Dick”, fluisterde Anita in mijn oor.

Rond 1985 begint het minder goed te gaan met Opa Vuijk. De kleine Daisy merkt dat hij steeds meer begint te hoesten. En ik merk het aan Joke want de toon van haar stem verandert plotseling. Het verliest aan kracht en wint tegelijkertijd aan diepte.

IMG_7511
“Pa moest naar de huisarts. Je kent het wel. Doorverwezen naar het ziekenhuis. Voor longfoto’s. De longarts in het Sint Fransiscus heette Dr. Tan, een Chinees. Daar had-ie natuurlijk meteen allemaal woordgrapjes over. Maar hij kon het erg goed met hem vinden. Hij had sowieso geen problemen met buitenlanders. Ga zijn schoonkinderen maar na: twee Indonezen, waaronder Robin, een Spanjaard, een halve Chinees en een Noorse. Dat klinkt als het begin van een mop hahaha…”

Maar het was geen mop. Na enkele onderzoeken had Dr. Tan een vlek op zijn linkerlong gevonden. Een tumor. Kanker. In 1985 volgde een zware operatie waarbij Opa Vuijk letterlijk open werd gezaagd.

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

“Hij had enorme pijn”, zo herinnert Joke zich.

Hij was verontwaardigd dat iets gevonden was bij hem. Maar dit?

“De familie kwam bijeen. Tranen met tuiten hebben we gehuild. Het woord kanker kregen we niet eens uitgesproken. Pa had steeds over ‘K’ als hij het over kanker had. Mijn broers praatten er moeilijk over. Dat stoere he. Je weet wel.”

Opa Vuijk vist

“I was very fortunate to know Opa many years and always remember you there, fishing, trying to relax, rolling Brandaris with a beer or a coffee. Proud to be a Vuijk!”
(Diego Pastor, zoon van Helen en Paco, vanuit Mallorca)

In 1986 dient zich een nieuw probleem aan. Dit keer in de rechterlong. De wereld stortte in want het was dit keer niet operabel. En weer kwamen de zussen huilend bijeen, weer zwegen de broers in alle toonaarden, en weer was Zier het stille water tegenover een diepe grond. Een afgrond.

Toch bleef Opa stiekem doorroken. Dan moest Daisy op de uitkijk staan. Daisy begint te lachen terwijl een eerste traan zich een weg over haar droge wang zoekt.

“Hij nam altijd dropjes mee als hij me kwam ophalen van het peuterklasje. En voor alle andere kinderen ook hoor. Het was echt zo’n Opa die iedereen wilde hebben snap je. En over mijn juf Loekie…”

Daisy kan haar zin niet afmaken. Het verdriet zit te hoog.

“…Juf Loekie in d’r tangabroekie!”, vult Joke haar dochter aan, “dat zei-ie altijd ja. En ik belde Mara vanmiddag nog. Da’s het oudste kleindochter van Opa. Zegt ze ‘opa zei altijd voor de grap dat ik nooit mee mocht vissen omdat ik de vissen weg zou jagen…’”

We lachen. Robin schenkt de glazen vol wijn. De zon is ten onder gegaan deze aprilse zaterdagavond. Daisy spoelt de koffiekopjes af. We bewonderen nog een keer de fraaie foto aan de muur die Fabienne maakte van de vijf kleinkinderen van Opa Vuijk en eigenhandig printte op een houten bodem.

IMG_4962

 

Maar we zijn er nog niet. Zodra Robin en Daisy weer aan tafel zitten is iedereen stil. Op de achtergrond klinkt Irish Heartbeat van Van Morrison. Nummer 12, bocht 10, 1.264 meter hoogte. Robin heeft de Alpe-d’HuZes Express CD opgezet.

“Het duurde al met al nog twee, twee en een half jaar. Ziekenhuis in en uit. Chemo’s. Bestralingen. Noem maar op. Hij ging er ook slecht uitzien. Hij werd geel, mager, kaal. Je weet wel. Tijdens de kerst 1988 was het uitgezaaid naar zijn keel en zijn hoofd. Hij kon heel moeilijk slikken en door de bestraling waren zijn keel en dus ook zijn stem aangetast. Hij klonk heel hees. Broos ja.”

De film moet helemaal afgespeeld worden. Dat weten we alle zeven aan tafel. We zwijgen. Gelukkig is Jacques Herb al geweest, want ik had niet voor mezelf ingestaan bij Een Man Mag Niet Huilen. En Robin zou mijn partner in crime zijn. Dat had-ie me al eens gezegd.

“Ik ben een echte jankerd. Echt, ik stop gewoon niet…”

 

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

“In februari 1989 ging ik met Pa buiten op het balkonnetje bij hem zitten. In Schiebroek. Dat vind ik nog altijd het allermooiste moment als ik aan mijn vader terugdenk. Hoe hij daar zat. Zo lief. Zo vredig. En het rare is: we zeiden niets tegen elkaar. Helemaal niets.”

Op vrijdag 3 maart 1989 komt de familie bijeen. Daar staan ze, rondom het aangepaste bed van Zier, midden in de woonkamer in Schiebroek. Robin is die middag morfine gaan halen bij de apotheek. Daarna zijn ze naar huis gegaan.

“De dag erop belde mijn moeder dat Pa was overleden. Hij was die nacht uit eigen beweging uit zijn aangepaste bed gestapt en in zijn bed gekropen waar hij de laatste tijd sliep. Niet naast mijn moeder, omdat zij moeilijk kon slapen vanwege zijn gehoest en dat hese gepiep van hem. Achtenzestig jaar mocht hij worden…”

Zoon Robert, de vader van Jeremy, zou zijn vader als eerste levenloos aantreffen.

001_Opa Vuijk

Van de uitvaart zelf weten Robin en Joke vrijwel niets meer te herinneren. Veelzeggend voor deze hechte familie.

Geertruida Margaretha van der Sluis, Oma Vuijk, zou op 5 maart 1995 op zesenzestigjarige leeftijd sterven aan een plotselinge hartstilstand.

 

***

[Klik op de foto’s voor een vergroting]

Er volgt een donatie van driehonderd euro namens de familie Vuijk voor mijn Alpe-d’HuZes actie, terwijl Robin, Joke, Daisy en Jeremy al eerder tweehonderd euro hadden gestort.

Toen deze donaties binnenkwamen viel mijn mond open. Eerst van verbazing, toen van dankbaarheid. Ik ken deze mensen nog geen twee jaar, sommige heb ik slechts een of twee keer de handen geschud. Ik ben nog altijd, tot op het moment ik dit schrijf, oprecht verbaasd over het feit dat er nog echt zulke warme families bestaan. Ik geloof meer en meer dat Melanie haar Beautiful People (nummer 5, bocht 17, 965 meter hoogte) schreef met mensen als van de familie Vuijk in haar achterhoofd.

“Ik geef al jaren aan het KWF maar wij voelden allemaal dat wij iets wilden doen. We hebben je Blogs gelezen en we werden erdoor gegrepen. Bij jou zit het Geen Woorden Maar Daden in de genen. Of eigenlijk Woorden èn Daden. We willen de wereld ook verbeteren. Het begint met iemand die het voortouw neemt. Daar begint de vonk. Altijd.”

Natuurlijk. Die poten van me. Die beginnen weer te jeuken. Adrenaline? Endorfine? Wat kan mij het jeuken…het jeukt en alleen de pijn van de Alpe-d’Huez helpt tegen de jeuk.

“Onze donatie is tweeledig: het allerbelangrijkste is dat we het KWF ondersteunen zodat er nog meer geld vrij komt voor meer onderzoek en nog betere gerichtere pijnbestrijding. Kijk eens naar mijn vader. Heeft heel veel pijn gehad. Dat was eind jaren tachtig. En dat is nu al zo veel verbeterd. Omdat er geld in is geïnvesteerd en alleen daarom! Ten tweede wilden we graag papa een gezicht geven. Voor ons, maar vooral voor de kleinkinderen. Als een testament. Zodat-ie niet voor niets is overleden, die lieve eigenzinnige en oh zo grappige man….Loekie in d’r tangabroekie…”

 

***

 

Talloze keren draai ik de clip COME ON THIS TRAIN af. De gezichten van de Vuijkjes komen dan ook steeds voorbij. En dan schaam ik me omdat ik tot op de dag van vandaag nog altijd niet alle namen ken, alsof ik weer Wie Is Het? aan het spelen ben met mijn neefjes en nichtjes. Dit tot irritatie van Anita en vooral Fabienne.

Debbie herken ik wel. Uit duizenden want steeds zie ik weer die schaal bitterballen voor me liggen met daar boven Debbie’s beteuterde gezicht:

“Ik denk jij bent echt zo’n feestbeest….niet van de dansvloer weg te slaan.”

Ik dank beleefd en hoor haar denken…. ‘Jezus wat een dooie lul.’

Welnu lieve Debbie hier is het antwoord:

Ik ben geen danser. Sorry. Maar terwijl jullie helemaal los gingen op de dansvloer en massaal Proud Mary zongen, zat ik met mijn hoofd al bij donderdag 4 juni 2015: de dag van de Alpe-d’HuZes.

Klimmen bestaat uit zitten en dansen. Het zitten ken je nu van me. Maar als ik dans, zo speels uit het zadel, zal ik uit eerbied voor jullie vader en Opa, voor Zier Leendert Vuijk, en voor zijn prachtige levenswerk, zijnde zijn nageslacht, hardop That’s Amore zingen. Moge God mijn getuige zijn.

 

 

Dank aan Joke en Robin voor de eer om deze familiekroniek ter ere van “Opa” Zier Vuijk te mogen maken. Dank voor het enorme vertrouwen.

Dank aan Joke, Robin en Daisy voor de openhartigheid.

Dank aan de rest van de familie Vuijk voor jullie prachtige donatie ten bate van mijn Alpe-d’HuZes Campagne.  

En alsnog dank aan Debbie Vuijk voor de bitterballen: de eerstvolgende keer na 4 juni zal ik geen ‘nee dank je’ meer durven zeggen.

 

Laat het onderzoek naar kanker nooit stoppen. Steun middels een donatie mijn campagne op mijn Actiepagina:

Alpe-d’HuZes Express Actiepagina Marco Hendriks

Namens alle Opa’s Vuijk: bedankt!

 

 

 

-