“Hallo?”

“Pap?”

“Ja.”

“Hi met mij. Waarom kwam je net niet effe boven? Effe gedag zeggen?”

“Geen idee…eh geen tijd. Denk ik. Ik dacht..”

“Nou ik vind het nergens op slaan.”

“Luister nou, ik h…”

-piep-piep-piep-

 

Onze oudste dochter Fabienne is vandaag 20 geworden. De mondigheid uit de anekdote van hierboven, zo maar een telefonische entre-deux die gisteravond plaatsvond, is haar aangeleerd. Opgedrongen. De een noemt het schade, de ander schande. Ik houd het op de gruwelijkheden van 20 jaar mensdom.

20 Jaar geleden werd onze Fabienne namelijk geboren zonder een natuurlijk afweersysteem. Lichamelijk gezien was ze als baby overigens kerngezond, geen probleem. Het gebrek aan een immuunsysteem kwam pas later aan het licht.

Dat ‘later’ werd de kleuterklas waar men zich geen raad wist met Fabienne’s aangeboren afwijking: haar vriendelijkheid. Een dingetje dat zij van haar moeder heeft geërfd. De kleutertjes, toch al niet zachtzinnig op die leeftijd, laat staan de grotestadskinderen uit de ruwste stad van het land, spaarden onze oudste dochter niet, ongevoelig als zij waren voor de deukjes in haar wangen als zij werd aangesproken (vaste kost: Fáá-bie-jen, met de klemtoon op ‘jen’.)

Fabienne was een rustig en ijverig meisje dat nooit veel eiste van haar gezinsgenoten. Haar moeder bracht haar naar school waar zij zich vooral inspande om te gehoorzamen. Zo had zij dat geleerd van haar moeder, maar vooral van haar vader die zij overigens niet veel zag. Hij verliet immers om 6 uur ’s ochtends al het huis.
Tijdens het avondeten leek hij niet bijster geïnteresseerd in het Kleine Prins lied dat Fabienne voor zong, omdat hij toen al iedere vorm van onderwijs wantrouwde en de tekst van het Kleine Prins lied (“dit is de Klein-Kleine-Prins, het is de school waar je vrienden vindt”) ronduit kinderachtig en uiterst zwak vond. Een dingetje (het niet accepteren van gezag) dat hij weer van zijn vader had geërfd al zij daarbij opgemerkt dat zijn vader dit euvel altijd al aanzienlijk beter had weten te verbloemen. Zijn keurige scheiding was zijn perfecte dekmantel.

Het gebrek aan een deugdelijk functionerend afweersysteem kwam pas echt tot uiting op het Emmauscollege. Soms werd op een pijnlijke manier duidelijk hoe groot het verschil kon zijn tussen háár beleving van de wereld en de échte wereld. Toch kon zij nooit worden betrapt op zelfbeklag. Een afschuwelijke menselijke karaktertrek waar haar vader van geboorte-af-aan al korte metten mee maakte. “Niet ouwehoeren in dit huis, anders sturen we je naar Pakistan.” Doorzeuren (‘er ligt een velletje op mijn soep’) betekende dat hun vader de DVD ‘Heavy Metals’ opzette: een confronterende zelfgemaakte fotoreportage van zijn reizen naar India en Pakistan waar hij vooral bezeten leek van de armoede in de sloppenwijken. Het had een verlammende werking op de eetlust van zijn dochters, maar het bracht hen wel moraal bij.

Opzichtig flirterig was zij nooit, en is zij nooit geweest. De gebeden van de vader kwamen hiermee uit, al liet het gezin zich steeds minder in de kerk zien. God bewees hiermee dat er geen lineair verband bestond tussen kerkbezoek enerzijds en Zijn wakend oog anderzijds.

Fabienne had haar vriendinnen op school en op korfbalvereniging Trekvogels had zij een gare vrienden om haar heen verzameld met wie zij lief en leed deelde. Dikke tranen rolden over haar puberale wangen als er een kampioenschap binnen was gehaald. Zij voelde zich als een vis in het water in de underdogpositie waarin coach Ronald zijn jeugdige team handig had gemanoeuvreerd. David is sowieso een aanzienlijk sympathieker personage dan Goliath en de rol van David was op Fabienne’s lijf geschreven.

Zij leerde zich een bepaalde mate van weerbaarheid aan al kwam die in die levensfase vaak als een tikkie onnatuurlijk over. Geforceerd.

Er werd ondertussen volop gediscussieerd en gefilosofeerd aan de eettafel. Over van alles. Haar vader nam met geen enkel gemakkelijk antwoord genoegen. Alles, letterlijk alles, moest worden gemotiveerd, beargumenteerd. Hier mocht een rondje huiswerk voor worden overgeslagen omdat hij deze levenslessen van hogere waarde achtte dan de lessen economie of wiskunde.

Die jaren koesterde Fabienne gevoelens voor een gekleurde jongen uit de wijk Ommoord die speelde bij Rotterdam Basketbal. Schuchter als Fabienne was durfde zij hem amper aan te kijken. Zij was zich té bewust van haar korfbalrokje want de beide verenigingen trainden in de winter in het zelfde zalencomplex.

Omdat de moeder de hysterische huilbuien van haar dochter niet langer verdragen kon, trok zij, de moeder dus, de stoute schoenen aan en stuurde hem, ene Jeremy, namens Fabienne een SMS-je.

“MAM! NIET DOEN! IK KORFBAL!”, was haar enige verweer alsof ze daarmee zei dat ze 24 uur per dag uit haar mond stonk naar knoflook.

We zijn nu drie jaar verder en Jeremy is inmiddels als gezinsgenoot volledig opgenomen in het gezin. Hij brengt haar de nodige rust als het emmertje van Fabienne volloopt want dat gebeurt met regelmaat.

Na voltooiing van haar VWO aan het Emmauscollege, waarbij ze in het examenjaar een acute zenuwinzinking ternauwernood overleefde en haar ouders haar tot diep in de zwarte nacht uit de spreekwoordelijke put praatten, werd zij aangenomen aan de Willem de Kooning Kunstacademie.

Haar agenda is te klein van formaat en bevat veel te weinig pagina’s. Zij weigert te accepteren dat een dag slechts 24 uur heeft en ’s avonds daagt zij God biddend uit waarom Hij een week slechts zeven dagen gaf in plaatsen van acht, negen of dertien.

Naast haar opleiding als Kunstdocente, oh heerlijke ironie, doet zij veel vrijwilligerswerk in de bloeiende kunstsector van Rotterdam bij Showroom Mama, Kunstinstelling Tent en tentoonstellingsruimte GarageRotterdam.
Tot op de dag van vandaag is Fabienne de enige die het verschil tussen deze drie instanties begrijpt. Het uitleggen ervan gaat haar aanzienlijk moeilijker af.

Inmiddels zijn we 7.305 dagen verder. Ik verschoonde je poepluiers, voedde je Spartaans op maar maakte je een Feyenoordfan, leerde je gitaarspelen met liedjes van John Prine, leerde je zwemmen (niet van die kutspelletjes die leuke vaders doen maar ik leerde je op jonge leeftijd al een fatsoenlijke borst- en rugcrawl, de vlinderslag en wedstrijdduiken), ik leerde je je ogen te gebruiken om te zien wat bekeken moest worden, ik leerde je huilen op de muziek van Bruce Springsteen, ik luister nog altijd te weinig naar je dagelijkse beslommeringen, ik ben nog altijd te veel gefocust op de rode draad.

Ik ben nu 46 en neem de wereld al lang niet meer serieus.

Jij, op jouw beurt, hebt jezelf een methode aangeleerd om de wereld te omvatten, inclusief zijn bewoners. Bij voorkeur beschouw je die wereld door de lens van je fotocamera. Door je adembenemende foto’s wordt jouw wereld onze wereld.

Het is niet langer vrij schieten op Fabienne. Je bent vastbesloten de Rotterdamse kunstsector te veranderen met jouw duizend en één ideeën.

Goddank heeft Willem de Kooning je belevingswereld omvangrijker gemaakt dan de dogmatische kaders die ik je negentien jaar lang oplegde: alleen oude schilderwerken deugen, moderne kunst is belachelijk, muziek uit Engeland is kut, wantrouw schoonheid, wees en handel consequent, werk hard, loop met een grote boog om mensen heen die Ramses Shaffy adoreren, wees trouw, geloof in de Heilige Maagd Maria, durf te hopen, blijf vloeken, verzet je tegen vanzelfsprekendheid, denk symmetrisch, verafschuw luiheid, eer Jezus, Willem van Hanegem en Joop Zoetemelk, fotografeer verval, maak van Sartre’s Walging je bijbel, wees nederig en weiger te allen tijde om het Rijksmuseum ‘Rijks’ te noemen en het Stedelijk Museum ‘Stedelijk’. Ik zal je onterven.

Het fenomeen jaloezie is jou volkomen vreemd. Eigenbelang of zelfbescherming ken je niet, tot op het naïeve af. Soms wil ik je ogen openen maar als ik zie dat jij ze principieel gesloten houdt, ben ik nóg trotser op je, al zal ik dat nooit hardop zeggen want aan publiekelijk complimenteren doet deze Blogger niet.

Je leeft iedere dag als een wervelwind die pas ’s avonds gaat liggen, bij voorkeur op de bank tegen Jeremy’s schouder als de rest van het gezin een speelfilm kijkt.

Lieve Fabienne, je bent mijn achilleshiel.

Jij hebt je ouders in 20 jaar tijd zo trots gemaakt dat de wederzijdse liefde vaak pijn doet. In de meest letterlijke zin. Maar omdat wij van dichter Lucebert leerden dat alles in onze weerloze wereld een waarde heeft, is diezelfde pijn de prijs die betaald moet worden.

(Overigens zal ook hierover níet geklaagd worden. En zie, je eerste les als twintiger is daar: zelfbeklag is ook voor 20-igers verboden.)

Van harte gefeliciteerd.

 

 

 

-